zondag 26 april 2009

Ronde hoeken.

We worden stilaan bedreven in het pleisteren met leem. Samen met vokke kunnen we verschillende meters pleisteren op een dag. Ik sta dan een ganse dag te mixen terwijl vokke de leem tegen de muren smeert. Het mixen is behoorlijk zwaar werk, maar het houdt me fit.

We hebben ondertussen een betonmolen op de werf gekregen om daarmee gemakkelijker onze mix te maken. Maar het resultaat valt tegen. De leem blijft grotendeels in de betonmolen plakken. En het is behoorlijk zwaar om die eruit te krijgen. Uiteindelijk vullen we dan een bak met klaargemaakte mix die we nauwelijks kunnen verplaatsen. Dan lijkt het toch handiger om met enkele emmers leem naar binnen te lopen en daar de leem te mixen. Zo kunnen we ook leem op een kleine steiger maken in plaats van zo'n zware bak op te tillen.

Vandaag hebben we de eerste afrondingen naast de ramen bepleisterd. Dat lukt vrij aardig met een dikke smurrie met veel stro erin. Het raam van de keuken geeft al een goed idee van het uiteindelijke effect. Door de afronding lijkt de muur minder dik en kan er ook meer licht binnenvallen. Het dichtsmeren van het stro onder onze verhoogde vensterbank gaat beter dan gevreesd. Terwijl we de stroleem diep in het stro duwen, persen we dat goed samen. Als we het op voorhand hadden geweten hadden we half zoveel tijd besteed aan het opstoppen van de gaten in de muren. Met de stroleem gaat dat vanzelf, die valt er niet zomaar uit.
We zijn al heel tevreden met het voorlopige resultaat...




zondag 19 april 2009

Pleisteren met leem.

Methodiek
Na ons eerste muurtje werd het duidelijk dat we iets doelgerichter tewerk moeten gaan. Leem, water en stro in een bak gooien en alles tot een smeuiïge pap mengen lukt best, maar het is niet bepaald efficiënt om voortdurend te zitten zoeken naar de goede mix. Dan is het weer te nat, dan te droog, dan zit er precies niet genoeg stro in... Dus vandaag zijn we er methodisch tegenaan gegaan.

Leemput
De eerste stap is de voorbereiding in de leemput. Dat is een eenvoudig gat van zowat een vierkante meter, een halve meter diep, met een plastiek zeil op de bodem. Daarin hebben we woensdag al enkele kruiwagens leem gekieperd, met enkele emmers water erbovenop. Daarna hebben we het zaakje afgedekt met plastiek. Op die manier kan de leem enkele dagen weken en zacht worden. Dat maakt het mixen al een stuk gemakkelijker. Let erop niet te veel water te gebruiken, want natte leem is heel kleverig en moeilijk te scheppen. De bedoeling is vooral de harde brokken klein te krijgen.

Pap
Vandaag vullen we onze mengbak met drie emmers vochtige leem. Daar gieten we een goede halve emmer water bovenop. Dan kunnen we aan de slag met de mixer. De volgorde is belangrijk om nodeloos gespetter te vermijden. De leem op het water kappen geeft spectaculair geplons, dat wel, handig is anders. Nu mengen we de leem en het water tot een dikke pap, zonder brokken.

Op die pap strooien we drie emmers verhakseld stro, zij het niet in een keer. Na de eerste emmer stro wordt de pap aanzienlijk dikker. Als het mengen stroef wordt, voeg dan gerust wat water toe. We gebruiken een tot anderhalve emmer water op drie emmers leem. Uiteindelijk moet de mengeling de consistentie van pudding hebben, maar dan met stro erin. De dikte van de leemmix is niet zo ontzettend belangrijk, smeren lukt altijd. Natte leem plakt meestal wat beter, maar kan je niet zo dik aanbrengen. Wat drogere leem kan je dik aanbrengen, maar die durft er al eens af te vallen. Na enkele emmers krijg je een goed gevoel voor de juiste mix. Die plakt goed, kan je goed smeren en die valt er niet af. Dan weet je dat je goed bezig bent.

Pleisteren
Als de mix klaar is kan het pleisteren beginnen. Bij de eerste laag moet je vooral voor een goede hechting zorgen. De plakspaan is een handig stuk gereedschap, maar met de hand is zeker zo leuk. Het voordeel van handmatig werken, is dat je de leem goed in het stro kan inwerken. Extra voordeel is dat je zo gaten of holtes in de muur opspoort die je meteen extra kan opvullen. Gebruik daarvoor stroleem, een mengeling van leem met extra stro erin.


woensdag 15 april 2009

Eerste muurtje lemen.

Vandaag plaatsen we de laatste fermacell platen van de binnenwanden. Dat gaat ondertussen behoorlijk vlot. Tegen de middag zijn we daarmee klaar, net op tijd voor een heerlijke lunch met de kinderen in een stralend lentezonnetje.
Een half uurtje later kan het mengen van de leem beginnen. Op de workshops werd de leem gemengd met een betonmolen. Die hebben we nog niet dus beperken we ons tot een stevige betonmixer. Het is even zoeken naar de goede verhouding van leem, water en stro. Na wat geknoei krijgt de leem stilaan de consistentie zoals we die van de workshops kennen.

Dan volgt het grote moment. De kinderen krijgen de eer om te starten met de muur in hun kamer. Ze vinden het eerste wat vies maar helpen toch aardig mee. Al willen ze na enkele minuten toch liever gewoon gaan spelen. Vrij snel is onze bak leem opgebruikt en kunnen we opnieuw gaan mixen.

Tegen de avond hebben we enkele meters muur een eerste laag gegeven. De komende weken zullen we niet veel anders moeten doen dan smodderen, smijten en smeren met leem. We zullen eerst nog een goede methodiek moeten vinden om dit werkje efficiënt aan te pakken.


maandag 13 april 2009

Binnenwanden.

Zaterdag zijn we met de hulp van schoonbroer J flink opgeschoten met de binnenwanden. Ruim de helft van de wanden is aan een zijde dichtgemaakt. Dat geeft ons de mogelijkheid om kabels en leidingen langs de open zijde in de wanden te installeren. Later vullen we die holte op met vlaswol om het geluid te dempen.

We beklagen ons een beetje dat we van die grote gipsplaten hebben gebruikt. Fermacell weegt duidelijk zwaarder dan gyproc. Dat maakt het toch wat lastiger om daarmee te manoeuvreren. Gelukkig is slechts de helft van de platen 120 cm breed. Anderzijds is het wel plezieriger werken met deze platen en blijkbaar zijn ze nog een stuk gemakkelijker af te werken. Dat zien we later wel.
Vandaag komen collega strobouwers ons een handje helpen. Iets na de middag staan de platen er allemaal tegen. Rest ons nog een muurtje dat we niet konden bouwen omdat de platen in de weg lagen. Het skelet kunnen we vandaag optrekken, zodat we later deze week de laatste platen kunnen bevestigen.

Ons huis krijgt nu eindelijk de vorm die we al lang voor ogen hebben. Het riante toilet verrast ons toch een beetje. En nu lijken de keuken en de eethoek weer een pak ruimer. Dat is wel prettig natuurlijk.







vrijdag 10 april 2009

Twee camions leem.

Vorige zondag hebben we het vat nog onder de dakgoot gezet en ondertussen heeft een kleine regenbui al voor een bescheiden voorraad water gezorgd. Dat is alvast goed om binnenkort met het lemen te starten. Maar eerst de binnenwanden nog.

Vandaag werken we het houtskelet van de binnenwanden verder af. Morgen komt schoonbroer J. helpen om de Fermacell platen te plaatsen. Wanneer het skelet klaar is, zagen we alvast wat platen op maat om morgen met voorsprong aan de slag te kunnen. We zetten meteen al een paar kleinere platen tegen de wand van de badkamer. De ruimte binnen krijgt daardoor al een heel ander uitzicht.


Rond de middag belt onze Limburgse grondwerker dat hij vandaag leem kan leveren tegen half acht. We zijn blij dat hij vandaag komt, want we zijn er nu toch. Dan moeten we volgende week geen toeren uithalen om op tijd op de werf te geraken.
De extra tijd kunnen we gebruiken om de dubbele balken boven ons dakterras aan te pakken. Een tijd geleden hebben we die ingepakt om geen regenwater binnen te krijgen. Ondertussen hebben we een paar rollen koraflex gehaald om bovenop de balken te kleven. Het is geen gemakkelijke klus. Maar als het klaar is, ziet ons huisje er weer een stuk frisser uit.




Mooi volgens afspraak komt grondwerker Hugo aan. We hebben een stuk plastiek klaargelegd waar de leem op gestort mag worden. De ene na de andere vrachtwagen wordt vakkundig gelost waar het moet. We zien de voorbijgangers met verwonderde blikken langs komen. 'Wat doen die mensen toch, ze hebben achter hun huis een hele berg grond liggen, en nu laten ze nog meer grond komen. Vreemd...'
Wij lopen ondertussen euforisch rond. Blij als een kind met een nieuw stuk speelgoed vanwege onze berg leem. De collega van Hugo loop wat nieuwsgierig rond. We moeten geen twee keer vragen of hij eens een kijkje wil nemen. Ze hebben al wel vaker een strobalenhuis gezien, maar het blijft toch een apart geval. Even later vertrekken de sympathieke grondwerkers terug naar Limburg. Wij dekken onze berg leem af zodat hij goed vochtig blijft en trekken moe maar tevreden hiuswaarts.




zaterdag 4 april 2009

Dakgoten.

We hebben deze week onze leem besteld bij een Limburgse grondwerker. Het vervoer komt duurder uit dan de leem zelf. Maar zo zijn we wel zeker dat we goede ‘casa calida’ leem hebben. Als je in een land leeft waar er zoiets bestaat als leem, zou je gek zijn als je probeert zelf met klei en zand aan de slag te gaan.

Om leem te kunnen pleisteren hebben we natuurlijk water nodig. Het vat en de dakgoten liggen al een tijdje klaar. Het wordt tijd om ze te installeren zodat we met de eerste regenbui meteen een voorraadje water hebben voor de pleisterwerken. Het handigst is om het kleine dak vooraan te gebruiken. Dat is groot genoeg om een flinke hoeveelheid water op te vangen. Het watervat staat meteen binnen handbereik. De leem zullen we voor het huis laten uitkiepen. Zo hebben we alles in de buurt.

Het is even puzzelen om uit te vissen welke dakgoten waar moeten komen. We hebben het materiaal al een tijdje klaar liggen en met de verschillende dakpartijen mogen we ons niet vergissen. Na wat meetwerk kunnen we de haken vastschroeven, met een beetje afschot naar de plaats waar de afvoerpijp moet komen. We bevestigen twee delen aan elkaar en zetten meteen de einddoppen erop. Vervelend detail, we zijn de klokboren vergeten zodat we nog geen gat in de goot kunnen maken. We installeren dan meteen een stuk dakgoot boven het dakterras. Morgen maken we dat gat wel en sluiten we de ton aan. En nu wachten op de leem. En wat regen graag!




vrijdag 3 april 2009

EPB advies.

EPB-deskundigen en veiligheidscoördinatoren zijn heel wat vlotter met hun offertes. Na onze onzalige ervaring met ramenmakers, hadden we maar meteen bij een stuk of tien studiebureaus geïnformeerd naar de prijs. Na drie dagen hadden we van de meesten al een offerte binnen. Een ervan had ons opgebeld om te informeren hoever we staan met ons project. Zijn offerte hield dan ook rekening met een beperkte opdracht voor de veiligheidscoördinatie. Dat op zich vonden we al sympathiek, en de prijs was dat ook. Dus de keuze was snel gemaakt.

Ondertussen hebben we hem de nodige informatie bezorgd zodat hij een EPB-studie van onze woning kan maken. Vandaag brengen we hem een bezoekje voor een eerste verslag. Het resultaat bevalt ons best. De K-waarde (isolatiewaarde) van ons huis komt uit op 28. Onze EPB-deskundige heeft dat zelf nog niet meegemaakt. Dat is goed genoeg voor een passiefhuis (maximum 30). Niet dat dat ons veel doet, we zijn niet zo tuk op het passiefhuisconcept. Dat draait vooral om energiebesparingen terwijl wij vooral een gezond en gezellig huis willen. Dat we daarbij de energie niet door ramen en muren willen buitengooien spreekt voor zich. Maar duizenden euro's extra uitgeven en allerlei ingewikkelde systemen gebruiken om per se de passiefhuisnorm te halen vinden we dwaas.

Met ons E-peil zitten we ook al goed, net in de negentig terwijl we wettelijk onder de honderd moeten blijven. Maar die waarde zal nog zakken als er meer details van het project worden bepaald. Denk maar aan het ventilatiesysteem, verwarming, warmwaterleidingen en zo voort.

Onze prangende vragen nu draaien om onze ramen. Welke ventilatieroosters moeten we nemen en moeten we beter doen dan glas met 1.1 K-waarde. We hebben zelf al uitgezocht wat volgens ons de juiste ventilatieroosters zijn en waar die kunnen geplaatst worden. En hoera, onze eigen berekening blijkt te kloppen. Dan over naar het glas.
Met de huidige keuze zitten we met een behoorlijk risico op oververhitting tijdens de zomer. Het verwondert ons dat het risico zo groot is vermits onze dakoversteek in de zomer de middagzon nagenoeg volledig afschermt. Onze EPB-adviseur had ons al gewaarschuwd: het EPB-model is niet gunstig voor dakoversteken. Met zonwerend glas kunnen we perfect binnen de normen blijven. Ons E-peil zakt dan meteen onder de negentig punten. Dan moeten we maar eens informeren wat dat zal kosten. En dan volgt wellicht een moeilijke beslissing.

woensdag 1 april 2009

Afdichting nokligger.

Ondertussen hebben we de architect kunnen bereiken en is hij onze nokligger en de kepers komen bekijken. Tussen de kepers heeft de schrijnwerker multiplex panelen geplaatst om de strobalen van het dak te beschermen. Die paneeltjes heeft hij afgekit om geen vocht binnen te laten. Door de weersomstandigheden en het trekken van het hout is die kit wat losgekomen. Peter suggereert om stroken epdm bovenop de nokligger te kleven met een overlap op de paneeltjes. Dan zal het zeker niet meer los komen.

Het idee dat we dat zelf moeten doen, bevalt ons eerst niet. Het gaat uiteindelijk om een constructiefout van de architect. Of de schrijnwerker? Dat moeten ze zelf uitmaken. Dan beseffen we meteen dat het wel eens lang zou kunnen duren voor ze het onderling eens zijn, en nog langer voor de schrijnwerker de fout komt herstellen. Ondertussen zijn wij niet gerust en moeten we daar telkens op terug komen. We besluiten al snel het toch maar zelf te doen. Dan doen we het wanneer het ons uitkomt, en weten we meteen wat er precies aan de hand is.

Het is zacht weer vandaag, en er is niet te veel wind. Uitstekende omstandigheden om de nokligger aan te pakken. Vokke komt helpen om materiaal en instructies te geven. Het is een tijdrovend karwei. Eerst moet de plastiek voor de ramen weggehaald worden. We zetten de ladder binnen en laten ze bovenaan door de raamopeningen naar buiten steken. Zo kunnen we rustig aan de nokligger werken. We snijden beneden drie stroken afdichtingsband op maat. Eens boven kunnen we de stroken zorgvuldig vastkleven. En dat tien keer opnieuw.

We bekijken het hele zaakje daarboven nog eens goed en zien nu wat het echte probleem is. De kepers die op de nokligger rusten sluiten niet overal goed op die nokligger aan. De kapitale fout is dat de schrijnwerker precies daar - waar het water naar beneden loopt - GEEN afdichtingskit heeft gebruikt. Dat verklaart meteen de hoeveelheid gedruppel binnen. Een beetje losgekomen siliconen zou niet zo veel water doorlaten.

Na een paar uurtjes inspanning kunnen we de plastiek terug netjes vasthangen. Als dat gedaan is, zit onze werkdag erop. We zijn nu wel gerust dat de nokligger vakkundig is dichtgemaakt.