dinsdag 24 juni 2008

Grondwerker.

In afwachting van de goedkeuring van onze bouwaanvraag, gaan we op zoek naar een grondwerker. Enig speurwerk op internet levert ons al gauw enkele adressen in de buurt op. Grondwerkers zat blijkbaar. Op goed geluk pikken we er vier uit waar we eens langs willen gaan.
De eerste in de reeks ligt behoorlijk afgelegen tussen de velden, wellicht om al dat zwaar materieel gemakkelijker te kunnen huisvesten. In het kantoor geeft de vrouw des huizes meteen toe dat ze er niet veel van kent en haalt ze haar man erbij. Die is erg behulpzaam en geeft een duidelijke en heldere uitleg. Je ziet meteen dat die man leeft voor zijn werk. Hij stelt wat vragen over de bouwgrond en de werken die nodig zijn. Hij geeft gratis wat tips over extra maatregelen voor een correcte afwatering en bezorgt me al enkele betrouwbare adressen van leveranciers van bouwmaterialen. Dat kan later nog van pas komen. Hij schat dat hij een dag werk zal hebben aan ons project. Of dat dan in acht of tien uur zal lukken, kan hij moeilijk zeggen. Maar zo hebben we alvast een idee. Op de vraag of hij ons aan leem kan helpen, antwoord hij negatief. Het verwondert me een beetje en pas later hebben we door dat hij dacht dat het om klei ging.

Nummer twee is een grondwerker die op zowat vijfhonderd meter van onze bouwgrond woont. Dat spreekt ons toch wel aan. In eerste instantie rijden we er voorbij zonder het huisnummer op te merken. Al worden wij wel opgemerkt. Als we op onze passen terugkeer, klampen we op goed geluk zijn vrouw en schoonmoeder(?) aan. De vrouw neemt ons meteen mee naar de keuken waar twee kinderen spelen en de man nog van zijn koffie zit te genieten. we leggen de situatie uit en hij stelt voor maar meteen ter plekke te gaan kijken. Even later lopen we rond op de bouwgrond en bespreken we wat er ongeveer moet gebeuren. Hij heeft een goede kijk op de zaak en boezemt ons best wel vertrouwen in. Hij maakt een gelijkaardige inschatting van de hoeveelheid werk aan dezelfde uurprijs. Wellicht kennen ze elkaars prijzen wel. Ook deze man waarschuwt me voor eventueel wateroverlast. Onze grond heeft een behoorlijk niveauverschil. Aangezien het huis op betonnen sokkels zal staan en dus letterlijk boven de grond zweeft, zien we er even weinig graten in als de architect.
Terloops vragen we hem of hier in de buurt leem te vinden is omdat we de muren ermee willen bezetten. Dat lijkt hem hoegenaamd geen probleem 'aan de andere kant van de grote baan zit er overal leem in de grond'. Daarmee is de keuze meteen gemaakt. We zien gelijk het nut niet meer in van de volgende adressen op ons lijstje.

vrijdag 13 juni 2008

Definitieve plannen bis.

Bij onze architect draait het altijd uit op een gezellige babbel (tegenwoordig krijgen we wel steevast thee of koffie aangeboden). Gevolg is dat we de plannen een beetje oppervlakkig hebben bekeken. Eenmaal thuis met onze plannen zitten we die uiteraard grondig te bestuderen.
Al snel merken we toch een aantal zaken waar we ons vragen over stellen. Zo staat op de plannen dolomiet bij de autostaanplaats (die we trouwens liever voor het huis zien), staat bij de dakbedekking tegelpannen, hebben de raampartijen bovenaan een rand met bepleistering, staat een hele vloeropbouw genoteerd en hebben we nog onze twijfels over het raam naast het dakterras. De vraag is vooral of al deze details op de bouwaanvraag bindend zijn.
Na een telefoontje met de architect blijkt dat enkel die autostaanplaats best aangepast wordt. De rest zijn slechts details waar ruimtelijke ordening niet moeilijk over zal doen.
Ondertussen hebben de buren zich akkoord verklaard met ons dakterras. De door hen ondertekende bouwaanvraag met enkele kleine wijzigingen wordt uiteindelijk op 13 juni verstuurd. Nu maar duimen dat de gemeente er vaart achter zet, zodat we daadwerkelijk in september kunnen starten (we gaan er maar van uit dat augustus niet zal lukken). Door onze ervaring met de inbuizing van de gracht, hebben we er het volste vertrouwen in.

maandag 2 juni 2008

Definitieve plannen.

We staan wat achter met het verslag, daar gaan we de komende dagen wat aan verhelpen.

Op vrijdag 30 mei hebben we een afspraak met onze architect Peter Vos om het bouwaanvraagdossier af te werken. Je kan in dit geval werkelijk van een dossier spreken. Niet alleen de plannen maar ook heel wat formulieren en contracten moeten allemaal in viervoud ondertekend worden. Ik begrijp meteen waarom Peter daar met enige tegenzin aan werkt. Onbegrijpelijk waarom al die zaken op papier moeten staan. Waarom kan al dat papierwerk niet digitaal heen en weer gestuurd worden?
Over de plannen zelf zijn we nog altijd opgetogen. We hebben er op voorhand goed over nagedacht zodat Peter meteen een ontwerp heeft gemaakt naar onze smaak. We hebben nog altijd geen twijfels. Aan de indeling binnen kunnen we achteraf nog wat sleutelen. In die materie is de bouwaanvraag niet bindend. Net zo met de ramen. Daar twijfelen we vooral voor de bovenverdieping nog over de hoogte van de ramen. Een houtskelet biedt hier het grote voordeel dat je in je 'huis' kan rondlopen als er nog geen muren zijn. We kunnen op dat moment ter plekke een definitieve beslissing maken.
Als voorlopige planning geeft Peter ons al goede hoop. De aannemers voor het houtskelet waar hij meestal mee samenwerkt, kunnen respectievelijk half augustus of begin september aan ons huis beginnen. Dat is even slikken, want nu wordt het menens.

We krijgen nog enkele opdrachten mee. Peter suggereert om voor ons dakterras met zicht op de tuin van de buren al bij de bouwaanvraag hun goedkeuring te voegen. We moeten dus snel hun handtekeningen vragen. Daarna kunnen we alvast op zoek gaan naar een grondwerker en een betonbaron. Als we daar zelf voor zorgen hoeven we geen aannemer te betalen om die zaken te regelen. Het betekent een mooie besparing die we later nog zullen kunnen gebruiken.
Hieronder de plannen...




zondag 1 juni 2008

Snoeiafval.

Bij het opruimen van de grond heeft het tuinafval zich behoorlijk opgestapeld (in werkelijkheid nog meer dan op de foto). We weten niet meteen wat we daarmee moeten aanvangen. De ene suggereert om het te verbranden (wat niet mag), een ander stelt voor om het naar het recyclagepark te brengen (wat veel tijd en gerij vergt) of het te laten ophalen (wat meestal geld kost). De dikke balken van de bomen zijn kort gezaagd en al snel gratis opgehaald door een vriend van vake. De kleinere takken en snoeihout liggen er nog.
Na wat informeren lijkt de beste optie om alles voorlopig te laten liggen en later te verhakselen. Dan kunnen we het als organisch afval in onze toekomstige tuin verwerken. Zo verbeteren we meteen de grond en geraken we er veel gemakkelijk vanaf. Zo blijkt alweer dat de simpelste of meest logische oplossing meestal de beste is.