zaterdag 31 mei 2008

Hard gewerkt.

Met al het struikgewas en de kleine boompjes op de grond kan men onmogelijk een sondering uitvoeren. Dus vraagt de architect ons vriendelijk om onze grond wat op te ruimen. Bij onze inspectie van de grond twijfelen we even of we dat wel zelf moeten doen. Er staan echt wel heel veel bramen en door het bos kan je de bomen niet tellen. W ziet het wel zitten om hier een paar dagen te komen snoeien, kappen en opruimen. Als het te veel wordt, kunnen we nog van gedacht veranderen.
Enkele zon- en zaterdagen later is het terrein onherkenbaar veranderd. Na de bramen, die we met een heuse machete te lijf gaan, volgen zowat tweehonderd kleine en enkele grotere bomen. Met de hulp van vake en zijn vriend liggen de bomen op een dag tegen de vlakte. Op de twee grootste na. Door een lek in het oliereservoir van de zaagmachine, moeten we de werkzaamheden staken.
Het resultaat is wel de moeite. Ons perceel is van een stukje wildernis veranderd in een kaal stuk bouwgrond. De eik die er in dat bos nogal klein uitzag, lijkt nu al een flinke boom. Nu begint de twijfel of we die moeten laten staan of niet. Wordt vervolgd...
Voor:

Na:

dinsdag 27 mei 2008

Vieze/ingebuisde gracht.

Aan de straat ontsiert een niet al te prettig geurende gracht ons bouwperceel. Na een telefoontje met de technische dienst van de gemeente weten we wat we moeten doen om dat te verhelpen: een briefje sturen naar het schepencollege dat ons zal laten weten welke buizen we moeten kopen. De gemeente zorgt zelf dat de buizen geplaatst worden. Dat klinkt allemaal veelbelovend.
De vieze:


Een goede week nadat de brief verstuurd is, krijgen we al een positief antwoord en weten we wat we moeten bestellen (8 buizen met rek en kraag, 40 cm diameter en 2,5 m lengte). Na enkele offertes blijkt er behoorlijk wat prijsverschil te bestaan (van 650 tot 1100 euro!). Omdat het hier toch maar om betonnen buizen gaat, nemen we de goedkoopste. Die firma blijkt in de buurgemeente gevestigd, wat het transport beperkt en dus ecologisch gezien de beste keuze is!

Een week later krijgen we een telefoontje om het juiste adres te vragen en worden de buizen geleverd. Als we enkele dagen later een kijkje gaan nemen, blijken de buizen al onder de grond te zitten. Over de efficiëntie van de gemeentelijke diensten hoor je ons alvast niet klagen :-)

Tadaa, de ingebuisde:

maandag 19 mei 2008

Sondering/Fundering.

Bij de bespreking van het voorontwerp stelde onze architect voor een bodemsondering te laten uitvoeren. Bedoeling is om de stabiliteit van de grond te kunnen vaststellen. Zo kan hij precies bepalen wat er nodig is voor de fundering. Het is beter zulke zaken op voorhand uit te zoeken dan later tijdens het bouwen vast te stellen dat de fundering zwaarder moet of eigenlijk lichter kan.

Wij zijn geen fans van beton en zouden liefst zo weinig mogelijk beton gebruiken. Nu we zijn ook weer niet zo fanatiek dat we de fundering zouden gaan metselen. Dat is ecologisch gezien meer verantwoord, maar het lijkt ons toch behoorlijk arbeidsintensief. Uiteindelijk is dat ook niet zo eenvoudig voor de gewone doe het zelver.

We hebben alvast besloten geen kelder te bouwen. Onze huidige kelder gebruiken we amper. Zonder moet dus best kunnen. Dan blijven er voor de fundering twee opties over, afhankelijk van de stabiliteit van de grond. Bij het Casa Calida moest Peter Vos wel een bodemplaat gebruiken omdat de grond te vochtig is. Dat vergt behoorlijk wat beton maar je krijgt er zekerheid voor terug. Wij zouden liefst alleen fundering voorzien onder de palen van het houtskelet. Dat beperkt de benodigde hoeveelheid beton en dat is best haalbaar voor een doe het zelver (dixit Peter Vos).
Even een voorbeeldberekening gemaakt:
- Voor een bodemplaat van 40 cm voor een oppervlakte van 10 bij 15 meter heb je 60 kubieke meter beton nodig.
- Voor een fundering van 50 op 50 cm, 1 meter diep onder vijftien palen heb je 3,75 kubieke meter beton nodig.

Zo weten we meteen wat we echt willen. Hopelijk bevestigt de bodemsondering ons vermoeden en kunnen we de paalfunderingen kiezen.